Ik was één van de gelukkigen die de bewaarde personeelskaarten van de mijnen kon inzien. Domper is dat die van de Staatsmijnen niet meer aanwezig waren. Mijn vader heeft namelijk op de Emma in Hoensbroek gewerkt als bovengronds bankwerker. Niet geheel onverdienstelijk want in die tijd heeft hij menig tafeltje en klokje gemaakt van smeedijzer en niet te vergeten een oerdegelijke slee die al zo'n 64 jaar heeft overleefd.
Maar van mijn twee opa's, de schoonvader en een zwager van mijn opa Baltus, heb ik wel gegevens kunnen inzien.
Mijn opa Baltus, Hubert Christiaan (Chris) is op 8 december 1900 in Vaals geboren als zoon van het echtpaar Johan Clemens Hubert Baltus en Anna Maria Agnes Adang. Hij is daar geboren in de Bloemendalstraat nummer 12. Op de foto staat hij links boven. Over zijn jeugd weet ik niet zoveel, maar hij is op 10 september 1923 in dienst getreden bij de ON I in Heerlen als handlanger.

Drie jaar voor hij op de mijn ging werken had hij zich al ingeschreven als ingezetene van de gemeente Heerlen en wel op 18 maart 1920. Dit staat in ieder geval op de kaart van het bevolkingsregister van Heerlen. Op een andere kaart van de ON I staat dat hij, voor hij op de mijn begon, laatstelijk gewerkt had in het gezellenhuis te Heerlen als bediende. Van een tante van mij, de jongste dochter van mijn opa, begreep ik dat hij daar ook een kamer had. In het bevolkingsregister staat een adres op de Kaldebornweg nummer 13 (?) en ook dat hij hulp-laborant was. Het is onduidelijk welke data bij de verschillende adressen horen.
In het Limburgsch Dagblad van 10 december 1919 stond deze advertentie. Zou hij hierop gereageerd hebben. Dat is natuurlijk mogelijk, maar zeker weten doen we het waarschijnlijk nooit.
In de tijd dat hij in Heerlen woonde zal hij waarschijnlijk wel vertier hebben gezocht en daar zal hij Maria Hubertina Moonen tegen het lijf zijn gelopen. Maria woonde in die tijd waarschijnlijk aan de Lindenweg 13 of de Bekkerweg 8. Naderhand heeft hij nog op Kaldebornweg nummer 92 gewoond samen met Maria, waarschijnlijk vanaf 1929. Deze gegevens en de volgende staan in het bevolkingsregister ven Heerlen. De volgende woning lag aan de Hendrik van Veldekestraat 81 en in 1939 werd verhuisd naar een huis voor grote gezinnen op nummer 61. Toen bestond het gezin een zeven kinderen. Nu ze een groter huis hadden, konden er nog twee kinderen bij. In 1942 was het gezin compleet.

In die tijd werkte hij ook hard aan zijn carrière op de mijn. Was hij in 1923 als handlanger begonnen in 1924 was hij al Laborant handlanger, gevolgd door Laborant I (193), voorarbeider Lab. (1945), voorman Lab. (1947), hulpopzichter (1948) en vanaf 1953 opzichter en beambte. Vanaf 1948 kreeg hij ook per maand betaald, daarvoor per week.

Zijn eerste verdienste zijn mij op dit moment onbekend, maar vanaf 1 oktober 1937 verdiende hij ƒ4,64 per dag. In 1947 was dat inclusief een toeslag ƒ7,72. In 1948 bij de promotie tot hulpopzichter was dat gestegen tot ƒ11,96 per dag ofwel ƒ230,- per maand inclusief 30% prod. toeslag. Naast dit loon was er ook nog een maandelijkse bijdrage voor het AMF. Toen Chris in 1953 beambte werd verdiende hij ƒ245,- plus een toeslag van 33,3%.
Chris vierde in 1948 zijn 25-jarig jubileum bij de Oranje Nassau Mijnen. Ter gelegenheid hiervan stond hij samen met andere mijnwerkers in de uitgave van de mijn.
Op 30 april 1953 werd Chris beambte, helaas heb ik van die tijd tot aan zijn pensioen in december 1965 geen gegevens van de mijn.
Er bestaat ook een foto van Chris met een aantal van de hoge pieten van de Oranje Nassau Mijn, namelijk de heer Dorren die chemisch ingenieur was. De foto was gemaakt in het kader dat Chris iets bedacht/ontdekt had. De foto vond ik ook terug in de Oranje Nassau Post van 20 november 1953. Chris is de tweede persoon van rechts. De overige personen van links naar rechts zijn Dir. ir. C. Raedts, Dipl. ing. L. Fréling, Dr. ing. Th. Dorren, ir. P. de Jong, N. Heyenrath, H. Baltus, en W. v. Birgelen.

In de Oranje Nassau Post stond het volgende artikel met foto. Van mijn opa en de heer W.H. van Birgelen ben ik meer ideeën tegen gekomen in de Oranje Nassau Post. Ze waren schijnbaar een goed team.

In die tijd ging men met 65 jaar nog pensioen. Hij maakte hierdoor zo'n 42 jaar vol op de mijn. Hij ontving dan ook een lintje van de toenmalige koningin Juliana.
En natuurlijk was er groot feest in huize Baltus aan de Hendrik van Veldekestraat 61. Ik herinner mezelf dat de harmonie van de Molenberg een aubade bracht aan de gedecoreerde.

Net voor Chris met pensioen ging kwam de ON nog met een eigen kolenhaard, die gepresenteerd werd door de heer Dorren. De vraag voor ons blijft heeft Chris hier ook aan bijgedragen? We zullen het waarschijnlijk nooit te weten komen.

Chris Baltus ging eind 1965 met pensioen. Toen kondigde ook de toenmalige minister van Economische Zaken Joop den Uyl in de schouwburg van Heerlen de sluiting van de Limburgse Mijnen aan. Dat was op 17 december 1965. Lang heeft Chris niet mogen genieten van zijn pensioen, want op 18 september 1967 overleed hij te Heerlen in de leeftijd van 66 jaar.